Dit is een interview met de in 2010 overleden aikido-instructeur Seiichi Sugano, die tot zijn overlijden regelmatig seminars gaf in Nederland.
Als we het over 'vorderen' hebben, dan denk ik dat we ons misschien moeten afvragen hoe vordering zich verhoudt tot aikido. Je zou kunnen zeggen dat bewust bezig zijn met resultaten behalen of vooruitgang boeken de essentie van sport is. In de sportwereld word je geacht je doel bereikt te hebben wanneer je kampioen wordt.
Aikido bevindt zich echter buiten zo'n referentiekader van vorderen. Hoeveel jaren je ook traint, er is nooit een duidelijk punt waarop je kunt zeggen dat je iets bereikt hebt. In andere krijgskunsten zijn de resultaten van de training duidelijk aan de hand van het aantal mensen dat je in een les werpt (verslaat). Aikido kent zulke duidelijke resultaten niet. In aikido moet je voldoen aan de vereiste dat je iets leert. Het kan moeilijk zijn om door te gaan met aikido, tenzij je het verlangen hebt om voortdurend te leren.
Ook de methode van onderwijzen is een belangrijk onderwerp. Bij sport horen wedstrijden, dus is er in sport een duidelijk resultaat. Omdat je vorderingen daarmee duidelijk zijn, is de manier van onderwijzen in sport veel bestudeerd en geëvalueerd. Tegelijkertijd is in aikido de manier van onderwijzen in essentie niet zo veel veranderd sinds vroeger tijden: leerlingen kijken naar de worpen en technieken die hun leraar laat zien en herhalen die.
Het is belangrijk dat de leraar probeert de training zinvol te maken voor de leerlingen. Dat zou hij moeten doen met de intentie om zijn leerlingen te helpen hun vaardigheid te ontwikkelen. De leerlingen zullen geen ontwikkeling of vooruitgang boeken wanneer hun leraar slechts zijn of haar eigen kracht en superioriteit laat zien.
Vorderen hangt ook af van de manier waarop de leerlingen willen oefenen. Je zou eenvoudigweg van de training kunnen genieten als een vorm van recreatie. Voor degenen die serieus willen trainen, is het interessanter, en draagt het meer bij aan de ontwikkeling van hun vaardigheden, wanneer ze het juiste soort onderwijs en gelegenheden aangeboden krijgen.
In België geef ik lessen die 'Innerlijke School' worden genoemd, in antwoord op een verzoek van leerlingen die verder wilden gaan in het leerproces. Aanvankelijk beperkte ik de lessen tot 40 leerlingen met zwarte band. Ik noem het een school, en niet een stage of seminar. De school wordt gehouden in de vorm van een trainingskamp. Er was ook zo'n verzoek vanuit Nederland, en dus ben ik ook daar de school begonnen. Hoewel er maar een paar van deze scholen zijn, zijn er mensen die met grote belangstelling aan dergelijke programma's willen meedoen. Ik denk dat aan zulke mensen meer ruimte en gelegenheid geboden zou moeten worden.
Vaak wordt gesteld dat aikido de beoefening van kata is, van vorm. De aikido-beoefening draait echter niet om kata, maar om een herhaling van vaardigheden of, preciezer gezegd, een 'herhaling van de beweging'. Men heeft de neiging om een vast beeld te hebben van de term 'kata'. Als mensen met enige kennis van krijgskunsten de term kata horen, hebben ze hoogstwaarschijnlijk een beeld van iets dat vastligt. Het is belangrijk om de termen die we gebruiken zorgvuldig te kiezen, omdat mensen de neiging hebben een bepaald beeld te verankeren.
In het geval van aikido: wanneer je een paar keer dezelfde irimi nage doet, dan herhaal je niet steeds dezelfde beweging. Onbewust verandert de worp, afhankelijk van de partner. Bij het oefenen van kata geldt, dat je je erop moet concentreren en erover moet nadenken, terwijl je de kata zo precies mogelijk uitvoert. De aard van zo'n beoefening kan niet variëren onder invloed van je lichamelijke of emotionele omstandigheden. Aikidobeoefening kan daarentegen wél vrijer plaatsvinden, omdat het geen vaste vormen kent die met precisie moeten worden uitgevoerd.
Ik denk dat het feit dat je vrij kan trainen een voordeel is van de aikidobeoefening. Desalniettemin moet je ervoor waken dat de beoefening niet uitmondt in iets impulsiefs en onregelmatigs.
Er worden tegenwoordig, naast de term kata, veel begrippen in aikido gebruikt die afkomstig zijn uit andere krijgskunsten. De term ukemi is bijvoorbeeld afkomstig uit judo. Maar ukemi in aikido draait om het volgen van de beweging van nage, en daarmee verschilt het van ukemi in judo.
Een ander voorbeeld is suburi, een slagbeweging met de bokken. De term is afkomstig uit kendo. Het is moeilijk om de precieze betekenis van een term uit te drukken als deze wordt overgenomen uit een andere context. Er is daarom andere kennis nodig om je ervaring uit te drukken. Zonder kennis bestaat de kans dat een begrip niets concreets in zich heeft, maar alleen een bepaalde stemming en gevoel
In aikido leer je door met je lichaam te ervaren. Als dit alles was, zou dit alleen maar leiden tot fysieke ervaring, zelfs na 10 jaar oefenen. Natuurlijk wordt je lichaam sterker als je jarenlang traint, maar het niveau waarop je aikido werkelijk begrijpt, blijft twijfelachtig.
Alles wordt fysiek geleerd als gevolg van ervaring, maar om zichtbaar te maken wat geleerd is, heb je een bepaalde mate van uitdrukken in woorden en andere methoden nodig. Daarom zou je op zoek moeten gaan naar mogelijkheden om verschillende dingen te leren buiten aikido om.
O-Sensei realiseerde dit via de Omoto-religie (de Omoto-kyo was in de periode tussen de twee wereldoorlogen een vernieuwingsbeweging binnen de Shinto-religie - NP). Ik denk niet dat je de benadering van aikido volledig kunt doorgronden zonder zoiets. Leren aan de hand van de fysieke ervaringen is zeker belangrijk, maar ik denk dat het ook belangrijk is om iets nieuws te ervaren naast aikido, zodat je gedachten en hersenen gestimuleerd worden.
Het is noodzakelijk om basiszaken te bestuderen zonder verstoord te worden door je eigen stemming en gevoelens. De lesmethode van aikido is een zaak van iedere individuele leraar, en dat is een kracht van aikido. Als de lesmethode strikt wordt vastgelegd, dan gaat de onafhankelijkheid, een van de pluspunten van aikido, verloren.
Natuurlijk is balans van belang, maar ik denk dat het beter is om een goed niveau van vaardigheden te hebben, met name houding, een gevoel voor afstand (ma-ai), richting, het principe van de zwaardlijn, de blik van de ogen en dergelijke. Je ziet vaak in enbu (een demonstratie van krijgskunsten) dat mensen gewoon recht voor een partner staan te wachten op de aanval. Dat komt omdat ze zich totaal niet bewust zijn van de zwaardlijn.
O-Sensei had het vaak over het trainen van 'aantrekkingskracht'. Het trainen van 'aantrekkingskracht' leert je hoe je de beweging van de partner leidt en je ermee verbindt. Dit kun je bijvoorbeeld leren aan de hand van katate tori.
Dergelijke basiszaken leer je door middel van de beweging van je lichaam. Met andere woorden, de principes van aikidovaardigheden worden doorgrond door de bewegingen van het lichaam te begrijpen. De details van iedere techniek verschillen, afhankelijk van de personen die samen trainen, maar in iedere techniek is er steeds een idee van afstand (ma-ai) en richting. Als je de principes van de vaardigheden begrijpt, kun je die principes toepassen in alle bewegingen. Dat begrip is onmisbaar als je wilt ontwikkelen naar een volgend niveau.
In technisch opzicht is aikido een aanval. Je wacht niet op de aanval van je partner voordat je een techniek doet. Je initieert dit zelf. De leraar steekt bijvoorbeeld zijn hand uit wanneer hij katate tori onderwijst. Ik sta niet voor mijn partner af te wachten totdat mijn hand wordt beetgepakt. In plaats daarvan steek ik mijn hand uit en 'laat de leerling beetpakken'. Ik laat in het begin al zien dat je het op deze manier doet. Het wordt echter over het algemeen niet zo uitgelegd dat nage degene is die de afstand (ma-ai) verkleint om de situatie te creëren waarin de techniek wordt uitgevoerd.
Bij beginners is het gebruikelijk om aikido uit te leggen in termen van zelf-verdediging, zodat het gemakkelijker wordt om te begrijpen: nage reageert op een aanval. Echter: als het hierbij blijft, wordt het je gewoonte om niet te bewegen tot het moment waarop de aanval plaatsvindt.
Om deze gewoonte te doorbreken is het noodzakelijk om te weten dat nage degene zou moeten zijn die de techniek als eerste inzet. Pas dan zal je begrip van de technieken verdiepen, zelfs wanneer het voor de toeschouwer lijkt alsof je dezelfde technieken uitvoert.
(vertaling: Christiaan Zandt, Nico Poppelier)